Strelende Lichtwezens

Als je iemand gaat interviewen is het in principe de bedoeling dat je thuis komt met een verhaal. Een verhaal dat weliswaar nog uitgeschreven of gemonteerd moet worden maar hoe dan ook een verhaal. Een enkele keer lukt dat niet. Of omdat het verhaal zo mager was dat je de moed ontbreekt er wat van te gaan maken. Of het omgekeerde; dat het verhaal zo bijzonder is dat het te groots is om in een paar minuten of regels te vatten. Toen ik lang geleden voor de BRT radio werkte, gebeurde me het laatste. In Antwerpen was een belangrijke Egypte-tentoonstelling en ik kwam op het spoor van een bijzondere Egyptoloog die me pas na lang aandringen wilde ontvangen. Het was een krachtige zestigjarige man, bijna kaal en met een gelige lichaamskleur en lichtgevende ogen. Nog voor ik mijn antieke nagra recorder kon uitpakken, zei hij dat hij wel met me wilde praten maar niet wilde dat het opgenomen werd. "Mijn verhaal is zo onwaarschijnlijk dat je luisteraars het toch niet zouden geloven." Hoe ambitieus ik ook was om dag na dag mooie reportages af te leveren, ik gehoorzaamde onmiddellijk en liet de bandrecorder onaangeroerd. Zijn verhaal was heel bijzonder. Het was een man die zich zo in de geheime leer van Egypte verdiept had, dat hij het kon beoefenen. Hij vertelde mij over astrale tijdreizen die hij maakte en hoe hij gestorvenen die zich niet los konden rukken van de aardse atmosfeer hielp oversteken naar de andere kant. Hij kon soms dagen uit zijn lichaam treden om al zijn drukke werkzaamheden te verrichten in de schemerzone en dan hier op aarde zijn normale bestaan weer op pakken. Ik was diep onder de indruk van zijn verhalen en ik geloofde hem. En ik gaf hem gelijk; dit verhaal liet zich niet vertellen binnen de mij toegemeten drie minuten die een gemiddelde radioreportage mocht duren...

De gevleugelde schooldirectrice

Ook het verhaal waarmee ik gisterenavond thuis kwam, laat zich moeilijk vertellen.
Ik bracht een bezoek aan de School voor Adelaars, een school die gevestigd is in een door donkergroen verborgen huis op een woonerfje in De Bilt. Zou het toeval zijn dat het lag aan de Maurice Maeterlinckweg? Want Maurice Maeterlinck is de enige Belgische auteur die een Nobelprijs voor de literatuur in de wacht wist te slepen voor zijn magische toneelstuk De Blauwe Vogel. Een fantastisch verhaal van twee kinderen die 's nachts uit hun bedje vliegen om op zoek te gaan naar een blauwe vogel waarvan ze geloven dat die hun het geluk zal brengen. De kinderen maken een wonderlijke reis doorheen tijd en ruimte maar kunnen de vogel nergens vinden. Wanneer ze 's ochtends weer in hun bedje landen, ontdekken ze dat het geluk dat ze overal zochten, al die tijd thuis op hen wachtte bij hun mama en papa.
Terwijl ik dit overdenk opent de directrice van de School voor Adelaars het hermetisch gesloten gebouw. Ze is helemaal in het wit gekleed en heeft lange blonde haren. De mouwen van haar wit gehaakte blouse vallen als vleugels wanneer ze me de hand reikt en met een Pools accent zegt; "Welkom. Ik ben Barbara Borecka." Meteen word ik geconfronteerd met de eerste regel uit het schoolreglement; "Doe je schoenen uit." Ik gehoorzaam als een voorbeeldige leerling en probeer de knopen uit mijn veters te ontwarren. Zij kijkt ernstig en geinteresseerd toe. "Volg me", zegt ze en ze leidt me de lange trap op naar een sneeuwwitte zolderkamer waar het zachte zomerlicht binnenvalt. Aan de muur hangt een poster van een halfnaakte vrouw die alleen in een wit voile rokje op een wit paard een moeras oversteekt. Twee stoelen staan symmetrisch tegenover elkaar met in het midden een prachtig boeket witte lelies. "Kies maar één van de twee stoelen uit.", gebiedt ze me en ik ga zitten met mijn rug naar het grote zolderraam. Ze schenkt me een witte mok ayurvedische thee in, die zo licht is dat het wel water lijkt. Dan wil ze een CD opzetten maar het nochtans splinternieuwe apparaat weigert de CD te lezen. Ze glimlacht en zegt: "Dat komt omdat je zo'n groot energieveld hebt meegenomen." Ik voel me gevleid. De muziekcassette is wel bestand tegen mijn straling en Barbara gaat tegenover mij zitten. "Het was blijkbaar nodig dat je naar hier kwam," zegt ze vriendelijk,"want eigenlijk pasten onze agendas niet in elkaar maar we hebben nu toch een afspraak kunnen maken vanavond. Ik ga een energie-transmissie met je doen. Jij hoeft niets anders te doen dan te ontspannen. Wil je zitten of liggen?"
Ik kies voor liggen en mag plaatsnemen op een matrasje. "Sluit je ogen en ontspan je."

Toscaanse vuurvliegjes

Ik lig en voel al snel hoe zachte vingers net niet over mijn lichaam glijden. Alsof er slechts een flinterdun vliesje zit tussen de strelende vingers en mijn lichaam. Het is een hoogst sensitieve sensatie en in plaats van dat mijn ademhaling rustiger wordt, voel ik hoe ze versnelt. In eb en vloed volgende golven glijden de vingers dan langs mijn benen, dan langs mijn borst en worden alsmaar intenser. Af en toe raken ze me ook echt aan en drukken of glijden zacht langs mijn lichaam wat me de adem beneemt. Soms voel ik de handen ook onder mijn billen wat eigenlijk niet mogelijk is omdat ik op mijn rug lig. Mijn lichaam raakt haast overprikkeld en ik vraag me af hoe die handen op zoveel verschillende plekken tegelijk kunnen zijn en zulke vibraties kunnen oproepen. Ik wil door mijn oogleden kijken maar ben bang dat de betovering dan doorbroken is en ik vang enkel door mijn wimpers heen een zachte witte nevel op. De net-niet massage lijkt tijdloos te zijn en ik verlang ook dat het uren blijft duren, ondanks dat van ontspanning niets in huis komt en ik de spanning herhaaldelijk weg moet slikken en met vereende kracht mijn adem weer moet dwingen rustig te worden. Maar dan haalt Borecka's stem me terug en vraagt me weer te ontwaken en mijn lichaam uit te strekken. Als ik mijn ogen open zit zij tot mijn verbazing in een medidatie houding op ongeveer een meter voor mijn voeten.
Hoe kan dat nou? Zij was toch de hele tijd vlakbij?
"Heb jij de hele tijd daar gezeten?", vraag ik.
"Ja, natuurlijk.", glimlacht ze.
"Maar...ik heb de hele tijd vingers gevoeld die mijn lichaam streelden... hoe kan dat?"
"Oh,", zegt ze nauwelijks verbaasd, "Dat waren mijn helpers. Er waren drie wezens die me geholpen hebben."
"Wezens?"
"Ja. Die roep ik op om me te assisteren. Het zijn hoge energiewezens met een hele fijne trilling en ze zijn er zowel voor mij als voor jou. Wat ze met jou doen daar heb ik geen contact mee. Dat is voor jou. Wat ik wel merkte is dat je energievelden ontzettend actief waren; overal wilden ze in meegaan, ze stonden overal open voor en waren ontzettend gulzig."
Omdat ze er zo vanzelfsprekend mee omgaat durf ik niet mijn ongeloof verder kenbaar te maken. Drie lichtwezens? Terwijl het zo reëel voelde? Hoe kan dat?
"Zijn die wezens hier nu nog?", vraag ik.
"Ze zijn nog wel in de buurt maar ze zijn minder intens. Doordat we nu praten zijn we nu op een mentaal niveau en minder ontvankelijk voor hen."
"Kan ik ze zelf nog eens ontmoeten?"
"Zeker. Als je er open voor staat, kunnen ze zomaar weer bij je langskomen. Vooral wanneer je ontspannen bent. Misschien in je dromen."
Op onze huwelijksreis in Maleisie hebben Christine en ik eens een heel lief donker meisje ontmoet die ons met zoveel liefde bediende in een restaurant. Gekscherend hebben we het er al vaak over gehad dat we haar hadden moeten meenemen zodat ze ons dag in dag uit had kunnen verwennen. Maar nu ik mijn eigen lichtwezentjes mee kan nemen, voel ik me echt de koning te rijk.
"Die energieën brengen je zoveel goeds in je leven", beaamt Barbara, "Een tijdje geleden wilde ik meer schoonheid in mijn leven en zij brachten mij op de mooiste plaatsen in de wereld. Op Toscaanse terrassen waar miljoenen vuurvliegjes dansten en aan een lui hangende oever in Florence waar slechts verlicht door dansende lampionnen een prachtig feest plaats vond met gitaarmuziek. De energieen kunnen je alles in je leven brengen waar je van droomt. Daardoor kan ik nu ook de cursussen die mijn School voor Adelaars geeft, laten plaatsvinden in vijf sterren locaties zoals in een poëtisch kasteel in Maastricht of het Amstelhotel van Amsterdam. Een jaar geleden dacht ik nog dat dat hooguit op de lange termijn zou lukken -- die locaties waren zo duur. Maar het is als vanzelf in mijn leven gekomen. Als klein meisje wilde ik kapitein worden. Ik had het romantische beeld van de oud Hollandse scheepvaarders. Maar net het jaar dat ik mijn kapiteinsstudie wilde aanvatten, werd beslist om geen meisjes meer toe te laten. Toen ben ik oceanograaf geworden en ben zo in dit land terecht gekomen. In Enkhuizen zag ik dat die oude zeeschepen nog echt bestonden; het was het één van de vele grote wonderen die ik in mijn leven meemaakte. Na enkele jaren kreeg ik een burn out omdat ik in plaats van naar golven alleen nog maar naar computerschermen tuurde. De wetenschappelijke wereld zei niets voor mij te kunnen doen. Toen is de spiritualiteit op mijn pad gekomen. Nu zijn mijn passagiers mijn cursisten die ik vaar naar hun levensbestemming. En zo ben ik de kapitein van de School voor Adelaars geworden..."
Enkele dagen na mijn bezoek aan de geheimzinnige Egyptoloog zat ik midden in de nacht te werken aan de keukentafel. Ik zat diep geconcentreerd te schrijven en keek even verstrooid op. Daar stond de man tegenover me. Zo echt en aanwezig als iemand maar kan zijn. Ik schrok niet. Met een wijze glimlach keek hij naar me en zijn gele oogwimpers sloten zich even bemoedigend ten teken dat het goed was. Dat alles goed was en zou zijn in mijn leven. Daarna was hij weg. De volgende dag wilde ik hem bellen... maar de man die ik aan de telefoon kreeg, zei dat hij de nieuwe huurder was en dat de vorige bewoner al enkele weken geleden overleden was...

Geert Kimpen, Koörddanser, september 2003.


>> Terug


vragen en reacties: welkom@schoolvooradelaars.nl