Wim van Muiswinkel over School voor Adelaars:
uit zijn boek "Als het binnenste naar buiten wil".

In 2004 ging ik naar de jaarlijkse beurs georganiseerd door het blad Onkruid. Naast de gewone belangstelling om wat rond te neuzen bij de kraampjes, de demonstraties en de workshops leefde bij mij ook de stille hoop dat ik misschien weer iets zou tegenkomen dat me weer verder zou helpen, net als reiki dat een paar jaar daarvoor was geweest. Ik prikte een tweetal lezingen of workshops die me op grond van de beschrijving in het programma aantrokken. Een daarvan werd gegeven door Barbara Borecka van de School voor Adelaars. Energie en het ervaren daarvan waren sleutelwoorden die me aantrokken. Dat gold niet alleen voor mij, want voor de deur van de nu nog bezette ruimte waar de workshop zou worden gegeven verzamelde zich een groot aantal mensen.

Een daarvan was een vrouw met lichtblond haar waarin lichtvonkjes als kleine sterretjes schitterden. Ze ging ook gekleed in lichte kleding met glinsterende versieringen en in haar handen droeg ze een groot bergkristal met zich mee. Ze nam plaats op het bankje naast mijn vriendin, die haar opvallende verschijning opnam en een paar woorden met haar wisselde. Ik vermoedde dat dit de spreekster was en daarin bleek ik gelijk te krijgen toen de deur openging en zij even later voor in het zaaltje de grote groep mensen welkom heette. Achteraf kan ik me niet precies meer herinneren wat ze vertelde, maar na haar inleiding vroeg ze ons om ons open te stellen en mee te gaan in een meditatie, zodat we het zelf zouden ervaren. Ze zette een cd op. De muziek, zonder melodie, was als een zachte stroom waarop je kon meedrijven. Je hoorde haar wel, maar ze leek al gauw te verdwijnen naar de achtergrond om van daaruit haar stille steun te geven.

We werden uitgenodigd om ons met Barbara te verbinden en te ervaren wat hogere energieën met ons deden. Haar zachte stem nam ons mee in een visualisatie van een energetische reis. Haar Poolse achtergrond werd verraden door haar uitspraak van het Nederlands en voegde er een exotisch element aan toe. De eerste stap was om ons stevig te gronden op de aarde door het gewicht van ons lichaam te voelen, het zitvlak te laten drukken op de stoel en de ademhaling tot diep in ons bekken te laten door stromen. Pas nadat de verankering met de aarde was geregeld, konden we opstijgen naar hogere regionen. Ik voelde hoe ik meeging in de energie. Het was alsof ik lichter werd, lichte tintelingen in met name mijn hoofd deden zich voelen en ik had het gevoel alsof ik in een andere ruimte kwam, waarin mijn bewustzijn kon uitdijen. De meditatie zal zo’n tien tot vijftien minuten hebben geduurd tot we weer waren ‘geland’ op aarde. Na de workshop struinden we rond door de hallen en woonden nog een andere lezing bij. ’s Avonds thuis op de bank bladerde ik nog eens door de foldertjes die we in de loop van de dag hadden verzameld. Mijn aandacht kwam steeds weer terug bij de School voor Adelaars. Het foldertje beschreef een tweetal cursussen:


Creëren van je Werkelijkheid
Stel je voor dat echt alles mogelijk is… Wat zou je dan willen?
Waarvoor zou je dan kiezen? Wat voor leven zou je dan leiden?

Awakening Your Light Body
Stel je voor dat je een bron van Licht bent. De puurste energie straalt vanuit jou en alles wat je doet assisteert je bij het uitstralen van meer en meer Licht! Je transformeert alles en iedereen rondom je, gewoon door jouw aanwezigheid. Je verrijkt iedereen door jouw toewijding aan groei en verlichting!


Na deze aanhef werd een verdere beschrijving gegeven over het hoe en wat. Ik las het door en kwam veel woorden tegen als: creëren door je vibratie, magnetisch voor manifestaties, chakra’s, klanken, openen van je hartcentrum, het solaire logos en lichtmeesters. Hoewel ik inmiddels toch wel aardig wat scholing had ontvangen op dit terrein, bleef het me erg vaag. Er werd geen echte uitleg gegeven en veel begrippen leefden niet voor mij. Met andere woorden: mijn rationele kant werd niet bevredigd. Ik dacht terug aan de ervaring tijdens de korte meditatie eerder op de dag. Daarin was mijn ratio ook niet aan zijn trekken gekomen, maar de ervaring was wel bijzonder geweest. Ik kon achteraf niet beschrijven wat er was gebeurd, maar het voelde heel erg goed. “Ga dat maar doen,” fluisterde de zachte stem in mij, “je hebt toch al eerder ervaren dat het ratio zijn beperkingen heeft?” Kort daarna schreef ik mij in voor de cursus die mij het meeste tot de verbeelding sprak: Awakening your light body.

Alles wat ik tot dan toe had gedaan op mijn bewustwordingsweg was voor een beperkte periode geweest. Ik had het nodig, het veranderde mij en ik ging weer verder. Maar met Awakening your light body begon voor mij een activiteit die meer was dan alleen een stap in groei en bewustwording. Tot op dit moment van schrijven doe ik nog regelmatig meditaties met en gericht op het lichtlichaam. Hoewel ik hieraan meer tijd heb besteed dan aan alle voorgaande activiteiten bij elkaar, is het niet zo dat ik er ook het meeste over kan schrijven. De subtiele, subjectieve ervaringen daarvan laten zich niet goed in woorden vangen. Toch zal ik de poging wagen om duidelijk te maken wat het me bracht.

De eerste bijeenkomsten waren in een werfkelder in Utrecht, die Barbara daarvoor had gehuurd. Er waren negen deelnemers, ook nu weer het merendeel van het vrouwelijke geslacht, maar in de loop van de tijd zouden er enkelen afhaken omdat de cursus toch niet bij hen paste. Na een korte kennismaking gingen we in een kring zitten, de een deed dat in lotushouding op een kussentje, de ander had voorkeur voor een rechte houten stoel en zo had iedereen zijn eigen manier om prettig te zitten tijdens een meditatie. En degenen die daarin nog geen of weinig ervaring hadden, moesten er nog achter komen door het uit te proberen. Zelf maakte ik het me gerieflijk door te zitten op een meditatiekussen, een kleine poef, en mijn knieën ondersteunde ik met twee gewone kussentjes. Een echte platte lotushouding was niets voor mij, daar was ik al eerder achter gekomen. Mijn spieren gingen dan verkrampen. Niet veel later zou ik een eigen meditatiestoeltje maken van twee planken die in elkaar geschoven werden en op die manier ook gemakkelijk onder de arm meegenomen konden worden. Net als bij de demoworkshop klonk de tedere, melodieloze muziek, iedereen sloot de ogen en de zachte stem van Barbara begon ons bewust te maken van onze gedachten en emoties om deze vervolgens los te laten, waarna wij ons stevig aardden. De eerste meditatie was een introductie, waarin we in stilte onze eigen intenties voor de cursus konden neerzetten en contact maakten met het licht van onze ziel, onze gids, de begeleidende meesters en ons toekomstige zelf met een volledig ontwaakt light body. Na een korte pauze volgde een meditatie waarin we kennis maakten met het eerste energiecentrum. Barbara beschreef tijdens de meditatie wat we zouden kunnen zien en voelen. Soms kwamen er spontaan beelden in mij op en soms was er alleen het voelen.

Ieder energiecentrum heeft een klank die tegelijkertijd ook de naam is. Door deze ook te zingen werd door Barbara het contact ermee versterkt. Ze omschreef de vorm en beweging van de energiecentra zodat het gemakkelijker werd om ze te visualiseren. Als de frequentie eenmaal was opgebouwd gingen we ermee experimenteren of alleen maar ervaren wat we voelden. Ik kon gemakkelijk beelden visualiseren, maar – in tegenstelling tot sommige andere deelnemers – zag ik slechts zelden spontane beelden en kleuren. Mijn ervaring was het voelen. Ook al was het moeilijk om er woorden aan te geven, ik voelde de verschillende frequenties die bij de energiecentra hoorden. Het ging in deze cursus uitsluitend om het ervaren. We kregen wel wat stencils waarin een en ander werd beschreven en uitgelegd, maar toen en ook in alle bijeenkomsten daarna werd er niet over gesproken; het ging niet om kennis maar om de ervaring. Na de meditatie kregen we in alle rust de gelegenheid om uit te wisselen wat we hadden ervaren. Pas toen bleek hoezeer dat uit elkaar kon lopen. Nooit sprak Barbara enige vorm van oordeel uit over iemands ervaring. Met oprechte belangstelling luisterde ze, kon soms wat toelichten of verklaren, en was altijd positief. “Jouw ervaring is uniek omdat je zelf uniek bent. Het weerspiegelt wat jij nu nodig hebt in jouw ontwikkeling en is nooit goed of slecht te noemen.” In een bijeenkomst deden we drie of vier meditaties van twintig tot dertig minuten lang. Tussendoor waren pauzes waarin we konden dansen of wat eten, vooral ook bedoeld om steeds weer goed op aarde terug te komen. Soms maakten we met vetkrijtjes een intuďtieve tekening. Daarbij was het de bedoeling om niet te bedenken wat je gaat tekenen, maar om het spontaan te laten gebeuren. In het begin had ik er moeite mee om het denken los te laten. Zou het wel mooi worden? Passen kleuren wel bij elkaar? Lijkt het ergens op? Kan ik het verklaren? Maar in de loop van de tijd lukte het me steeds beter om het gewoon te laten gebeuren. De tekeningen werden in de groep een voor een getoond en besproken, waarbij ieder kon aangeven wat het opriep aan gevoelens en ideeën. Het waren voor mij ook weer trainingen om vanuit gevoel en intuďtie te leren kijken en het ook te durven uitspreken. Het commentaar van anderen gaf soms weer nieuwe inzichten in je eigen tekening en er bleek vaak een parallel te zijn met je leven van dat moment.

Alle meditaties kregen we ook op een cassettebandje of cd thuisgestuurd. Daarmee kon je de meditaties zo vaak doen als je wilde. Dat was soms ook echt nodig om een nieuwe energie te kunnen verwerken en te integreren. Soms vielen mensen in een soort slaap of konden zich achteraf niet meer herinneren wat er tijdens de meditatie was gebeurd. Mij gebeurde dat niet vaak; meestal bleef ik heel bewust aanwezig in de meditatie. Maar soms overkwam het ook mij dat ik hele delen had gemist en een enkele keer had ik de nieuwe frequentie in eerste instantie niet prettig gevonden. Barbara’s uitleg was dat we met geheel nieuwe energieën werkten die soms eerst blokkades moesten opruimen voordat ze in ons geďntegreerd konden worden. Daarom was het ook nodig om een meditatie te herhalen of meer tijd te nemen voor de verwerking. Inderdaad bleek bijna altijd dat ik de meditatie een tweede keer intensiever kon beleven en als ik een deel niet bewust kon meemaken, lukte dat na twee of drie keer wel. Bij sommige deelnemers werd er zo veel losgemaakt, dat ze besloten om eerst alles goed te verwerken en pas later weer verder te gaan of ze kozen ervoor om te stoppen. De mensen uit die eerste groep zou ik daardoor in de loop van de tijd uit het oog verliezen. Om het lichtlichaam te activeren zullen de tien energiecentra die met elkaar de brug daarnaar vormen niet alleen geactiveerd, maar ook gezuiverd moeten worden. Verschillende meditaties in die awakening-cursus richten zich daar op. Daarbij komen ook de subpersonen voorbij.

Iedereen speelt in het leven meerdere rollen, als kind van ouders, als baas of werknemer, vader, minnaar, vriend, voetballer en ga zo maar door. En dat is alleen nog maar in ons huidige leven, maar op zielsniveau zijn alle subpersonen van alle levens die je hebt geleefd nog aanwezig. Op je weg van bewustzijnsgroei mag er niet een achterblijven, maar sommige innerlijke delen van je persoonlijkheid zijn misschien wel angstig vanuit hun opgedane ervaringen en gaan niet vanzelf met je mee. Het tempo van de achterblijver bepaalt het tempo van het geheel. Daarom gingen we in een meditatie contact maken met al onze subpersonen en hen uitnodigen om aan te sluiten. Ik zag ze om mij – de ik die nu de leiding heeft – heen staan. Het was een enorme groep en sommige bleven bewust nog op grote afstand. Ik vroeg hun met me mee te gaan en dicht bij me te komen. De meeste kwamen zonder aarzeling, maar er waren er enkele die wel wat aansporing konden gebruiken. Ik zag een kind dat erg beschadigd was geweest, een dogmatische denker en een vechtersbaas, die ik met liefde en geruststelling moest overhalen. Sommige gaven mij niet meer dan het voordeel van de twijfel, maar uiteindelijk kwamen ze allemaal. In een andere meditatie gingen we in onze aura op zoek naar plekken met verdichte energie en leerden om haar te helen. Aan het genezen van ons innerlijke kind werd zelfs een aparte meditatie gewijd. De twaalfde meditatie was de laatste van het eerste blok. Het was ook een soort viering of inwijding van waar we tot dan toe waren gekomen. We reisden naar een tempel in de sferen, waar een meester ons welkom heette en ons een behandeling met hoge energie gaf. We ontmoetten er ook leden van onze zielsgroep – wezens vanuit dezelfde sfeer van bewustzijn als waaruit wij zelf zijn afgedaald naar de aarde – en het voelde als een feest.

Misschien zet je vraagtekens bij deze ervaringen en dat mag. Ook voor mij bleef het een wonderlijk iets. Als ik na zo’n avond in de auto stapte en naar huis reed, leek het van een andere wereld te zijn. En dat was natuurlijk ook zo, al was het woord wereld misschien niet het juiste. Als ik in meditatie met mijn bewustzijn naar andere sferen reis, voelt het op dat moment als werkelijk, terwijl ik me op de achtergrond tegelijkertijd ervan bewust blijf dat ik met gesloten ogen op een meditatiestoeltje zit. Andersom is misschien lastiger: de dagelijkse dingen in het leven doen, maar je er op de achtergrond permanent bewust van blijven dat je op onzichtbare bewustzijnsniveaus ook leeft. Die twee in jezelf te integreren is de uitdaging.

Na dat eerste blok volgden er nog vijf met elk weer twaalf meditaties tot aan het moment van de viering van het volledig ontwaakte lichtlichaam in de tweeënzeventigste meditatie. Binnen drie jaar had ik het proces doorlopen en daarmee was ik tamelijk vlot geweest. Ik was al die tijd goed naar mijzelf blijven luisteren om te weten of ik ermee door moest gaan en of ik niet te snel ging. Maar innerlijk stonden alle lichten steeds weer op groen en ik ondervond onderweg ook geen grote problemen die erom vroegen om te temporiseren of te stoppen. Integendeel, ik voelde me alleen maar krachtiger en evenwichtiger worden. Mijn innerlijk weten werd in de loop van die jaren steeds sterker en mijn laatste twijfels over de vraag of ik de juiste keuzes had gemaakt waren verdwenen. In het tweede blok had ik daarvan ook een bevestiging gekregen. Jantine en ik waren begin 2005 op rondreis geweest in Nieuw-Zeeland en daardoor had ik een tweetal bijeenkomsten gemist. Ik had bij Barbara een privésessie geboekt om ze in te halen. Zonder dat ze dat zelf had gezegd, was het voor mij al duidelijk dat ze tijdens de meditaties en ook bij beantwoording van vragen geďnspireerd werd door de gidsen die haar begeleiden. Midden in een van de meditaties sprak ze: “Jouw gids geeft aan dat hij een geschenk voor je heeft dat hij je nu wil geven.” Ik had geen flauw idee wat ik me daarbij moest voorstellen, maar plotseling verscheen er een helder beeld in mijn hoofd. Het liet een grote adelaar zien, die – nadat hij even stil had gezeten – zijn vleugels breed uitsloeg en zich majestueus verhief in de lucht. De betekenis was voor mij duidelijk; ik was tenslotte niet voor niets bij de School voor Adelaars. Mijn gids gaf mij hiermee de bevestiging dat ik de juiste dingen deed en dat ik aan het groeien was van een kleine huismus naar een grote adelaar. Ik was blij met zijn stimulerende geschenk.

Na zes blokken en 72 meditaties was het feestelijke moment gekomen dat het lichtlichaam was geactiveerd. Een mooie mijlpaal om Barbara, die altijd voor grote bossen bloemen in het midden van onze kring zorgde, nu eens zelf te verrassen met een kleurig en geurig boeket. Ik keek naar de andere deelnemers van de meditatiegroep met wie ik in de loop van de tijd een band had opgebouwd. Kon ik op de een of andere manier zien dat hun lichtlichaam nu actief was? Ze waren uiterlijk niet echt veranderd. Hun uitstraling dan wel? Moeilijk te zeggen, maar als grote gemene deler leken ze wel meer rust en evenwicht uit te stralen. Hoe was dat dan bij mij? Ik had gemerkt hoe ik er op subtiele wijze door was veranderd. Niet van de ene dag op de andere, maar als ik een of twee jaar terugkeek in de tijd en me voor de geest haalde hoe ik me toen voelde en in het leven stond, dan zag ik de verandering. Een gevoel van meer kracht, meer bewustzijn, een sterker invoelingsvermogen, meer in rust en balans. Het liet zich moeilijk in woorden vangen, maar ik kon er niet omheen. Barbara’s School voor Adelaars bood vervolgcursussen aan onder de noemer van Advanced Light Body, waarin de mogelijkheden van het lichtlichaam werden gebruikt om in contact te komen met steeds andere en hogere vormen van energie. En terwijl ik in gedachten zo de balans opmaakte van wat het mij had opgeleverd, hoefde ik er eigenlijk nauwelijks over na te denken wat ik nu zou doen. Mijn gevoel vertelde me dat het vanzelfsprekend was dat ik daarmee verder zou gaan. Ik had ook al mijn eerste ervaringen opgedaan met het afstemmen van de geleerde energievormen op de praktijk van het dagelijks leven. Een liefdevolle hartsenergie als ik was bij mensen die het moeilijk hadden. Een andere energie die me mentaal helder en krachtig in het leven liet staan en die ik soms bewust opriep als ik op mijn werk een presentatie deed of een vergadering moest leiden. En ik had het effect daarvan ervaren. Waarom zou ik dan zo dom zijn om er niet mee door te gaan? Al spoedig nadat ik met de vervolgcursussen was gestart, werd het patroon daarvan duidelijk. Nadat we stevig waren geaard, verbonden met de kern van Moeder Aarde, gingen we via de energiecentra stap voor stap omhoog naar steeds hogere frequenties, van waar het mogelijk was om het laatste sprongetje te maken waardoor ons dagelijkse bewustzijn zich kon verbinden met het lichtlichaam. Op dat niveau aangekomen konden we allerlei nieuwe energieën oproepen door ze in een bepaalde vorm te visualiseren en op die manier het lichtlichaam te verrijken. De variaties en belevenissen leken eindeloos. Of we konden in ons lichtlichaam, begeleid door onze gidsen, op reis gaan naar hogere dimensies, naar planeten en sterren, naar onze ziel en naar onze monade. De variaties in ervaringen en energieën leken eindeloos.

Het hoogste wezen, de essentie van de mens, is de godsvonk die in de hoogste frequentie, in de Albron, buiten de schepping van deze kosmos, verblijft. De godsvonk is uniek, maar niet van zichzelf bewust en is op reis gegaan in de sferen van de schepping om bewust te worden, waarbij een afdruk in de Albron is achtergebleven. Bekleed met bewustzijn zal deze uiteindelijk weer terugkeren in de Albron en op die manier bijdragen aan het bewustzijn daarvan. De godsvonk op reis wordt ook wel monade (zwerver) genoemd. Om te leren, om bewustzijn op te doen, daalt zij af naar lagere frequenties en verbindt zich met een lichaam op aarde (of een van de vele andere levensvormen ergens in de onmetelijke kosmos). Tijdens de afdaling door de sferen blijven grote delen van het bewustzijn achter en slechts een klein deel incarneert in de mens. Na het overlijden worden de opgedane ervaring en lering als een bekleding toegevoegd aan de godsvonk. Deze bekleding wordt de geest genoemd. Incarnatie na incarnatie, leven na leven, worden alle leeraspecten doorlopen tot het moment dat de godsvonk volledig bewust is geworden. Godsvonk en geest zijn eeuwig en kunnen zich niet rechtstreeks verbinden met een lichaam. Daartoe wordt in het incarnatieproces de ziel geschapen als verbinding tussen lichaam en geest. De ziel heeft alles in zich wat geleerd is in eerdere incarnaties om de mens te ondersteunen in zijn opdracht voor dat leven. Zij is voor helderzienden zichtbaar als de aura en bestaat uit het etherisch lichaam, het emotionele lichaam en het mentale lichaam. Deze lichamen zijn via de chakra’s verbonden met het fysieke lichaam. De ziel is tijdelijk en lost op na het overlijden van het lichaam om weer op te gaan in de geest. Als de dood heel plotseling komt of als de mens angst heeft voor het licht en zich vasthoudt aan het aardse bestaan, kan de geest van de mens nog korte tot heel lange tijd in de astrale sferen van de aarde verblijven. Als gesproken wordt over het hoger zelf is het meestal niet nader gedefinieerd en kan het gaan om alle hogere wezens van de mens.

In de hogere dimensies aangekomen baadden we als het ware in de energieën, soms gegeven door meesters, soms opgehaald van het hogere wezen van hemellichamen, tot we na verloop van tijd, variërend van vijf tot wel veertig minuten, de terugreis gingen aanvaarden. Ook daarvoor werd de tijd genomen om stap voor stap langs alle energiecentra terug te gaan en uiteindelijk weer op het niveau van het stoffelijk lichaam te landen. Op die manier werden de hoge energieën zo veel mogelijk meegenomen langs de denkbeeldige ladder van bestaansniveaus tot op het niveau van ons fysieke lichaam en ons dagelijks leven om op het aardse niveau te worden geďntegreerd. Tijdens de meditaties werkten we vaak ook doelbewust aan allerlei aspecten van onszelf waar we moeilijkheden ervoeren. Dat kon van alles zijn, van problemen in relaties, uitdagingen in de werksfeer en ziektes tot aan de zoektocht naar de zin van ons leven. In het midden van onze meditatiekring lagen bovendien ook alle opgeschreven wensen en doelen die we wilden creëren en aan het einde van iedere meditatie werd daaraan kort aandacht en dus energie gegeven. Als we ze mochten bedenken en opschrijven, vond ik dat lastig. Ik zag anderen druk pennen en soms meerdere blaadjes volschrijven met wat ze wilden veranderen in hun leven. Maar bij mij kwam er maar weinig naar boven. Aan materiële zaken had ik geen gebrek en echt grote problemen had ik ook niet. Met wat moeite perste ik er dan nog wat wensen uit waar het nog wel wat beter kon. Eigenlijk was er maar één grote wens en dat was dat ik zou groeien in bewustzijn, in kracht en in liefde. Ik wilde dat ik tot mijn bestemming zou komen, ook al wist ik niet precies wat dat voor mij zou zijn. En ik wilde er zo graag voor werken. Meer en meer zag ik in dat het niet ging om werken, maar juist om loslaten. Handen met gekromde vingers, die krampachtig vasthielden aan allerlei overtuigingen en zekerheden, mochten zich ontspannen, opengaan en uiteindelijk loslaten. Soms leek dat een vorm van werken, een innerlijke strijd, tot ik ging begrijpen dat het loslaten van dat werken zélf eigenlijk het antwoord voor alles was. Mijn papiertje met wensen werd in de loop van de tijd dan ook steeds korter. Eigenlijk kwam ik daarmee weer terug op wat ik eind negentiger jaren spontaan ging bidden toen ik het zicht op het leven dreigde te verliezen: Heer, leer mij naar Uw wil te leven. Kennelijk was dat de rode draad voor mij.

En een tweede inzicht begon in die tijd tot mij door te dringen, niet van de ene dag op de andere, maar langzaam. Als een gedachte die er eigenlijk niet mocht zijn en snel werd weggeduwd wanneer ze even naar de oppervlakte kwam, maar steeds weer terugkeerde en op een gegeven moment toch serieus moest worden genomen. Ik betrapte mij erop dat ik stiekem steeds met de toekomst bezig was. Ik was nu nog niet goed genoeg en ik moest – ja, het moest dus – groeien. Natuurlijk kende ik de spirituele boodschap van ‘leven in het nu’ al langer en ik probeerde dat ook na te streven. In sommige delen van mijn leven kon ik het ook beter dan voorheen, maar juist op het voor mij allerbelangrijkste terrein – mijn persoonlijke groei – was me dat totaal niet gelukt. Ik had het ontkend en weggestopt, want ik was verslaafd aan de motor die me voortdreef om steeds te willen groeien. Rupsje nooit genoeg. Ik was wat dat betreft een kind van mijn tijd en maatschappij, waarin alles moet groeien omdat het anders vreselijk mis zal gaan. Als de economische groei wat afneemt, wordt het land al zenuwachtig en wordt er gesproken over een recessie. Wanneer ik de gedachte van het moeten groeien nu eens losliet? Wat zou ik dan zien? Iemand die in alle opzichten gelukkig mocht zijn. Mensen om hem heen die van hem houden, een goede baan, in materiële zin niets meer te wensen en druk bezig met wat hij als zijn levensdoel ziet. Ja, dat is waar ook. Hoe zat het met dat levensdoel? Had dat idee van lichtwerker daarmee niet te maken? En wat deed ik nu dan? In een klein groepje waren we aan het werk om hoge energiefrequenties, ook wel licht genoemd, in ons lichaam te aarden en door onze chakra’s weer uit te stralen, de wereld in. Hoezo lichtwerker worden? Dat was ik al! Misschien was ik het altijd al geweest. Stop met dat gezeur over groeien! Alles komt op zijn eigen tijd en op zijn eigen manier, ook mijn eigen groei. Zo kwam ik tot de conclusie dat ik mezelf simpelweg goed genoeg wilde vinden. Door voor jezelf zoiets te besluiten, komt de verandering als vanzelf in je leven en vanaf dat moment kwam er geleidelijk meer innerlijke rust.


Lees verder (en verder terug) in Wim zijn boek Als het binnenste naar buiten wil.


vragen en reacties: welkom@schoolvooradelaars.nl